Bewust een doel bereiken
Inleiding
Wil je een doel bereiken maar weet je niet hoe? Probeer het in stappen uit! Hieronder zie je hoe je dat kunt doen. Zo maak je het jezelf makkelijker!
Doel, tijd en nodig
Doel:
Aan het eind van deze oefening kun je jouw eigen doel SMART formuleren. Nu is echt duidelijk wat je aan het eind bereikt hebt.
Tijd:
50 – 60 minuten
Nodig:
- Lijntjespapier
- Een pen
SMART doelen
SMART staat voor: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgeboden. Aan de hand hiervan ga jij jouw doel stellen. Op deze manier weet je precies wat je gaat doen om je doel te bereiken, weet je wanneer je je doel hebt bereikt, of het wel haalbaar is en na hoeveel tijd je jouw doel hebt bereikt. Dus hoe groot of klein jij je doel ook maakt: Het is voor jou persoonlijk haalbaar! De bonus is dat je vervolgens stappen kunt zetten om je doel te halen!
Activiteit 1: Schrijf jouw SMART doel op.
Voorbeelden van een SMART doel:
- Aan het eind van deze lesdag heb ik in elke les twee vragen gesteld.
- Aan het eind van deze week ken ik de namen van al mijn klasgenoten uit mijn hoofd.
- Aan het eind van de les Mens en Maatschappij wil ik weten wat voor bestuursvorm Nederland is.
- Aan het eind van deze dag wil ik twee stuks fruit hebben gegeten.
- Aan het eind van deze week kan ik in mijn eigen woorden uitleggen wat ik heb geleerd van de excursie.
Pak het lijntjespapier. Schrijf nu jouw eigen SMART doel op.
Activiteit 2: Controleer of jouw doel SMART is.
Beantwoord de volgende vragen.
Specifiek: Wat wil je precies bereiken?
Meetbaar: Hoe weet je wanneer je jouw doel hebt bereikt?
Acceptabel: Is jouw doel haalbaar en zet je je ervoor in? Heb je de middelen om je doel te bereiken? Zo niet, hoe kun je daarvoor zorgen?
Realistisch: In hoeverre maakt dit doel jou beter?
Tijdgebonden: Na welke termijn heb je dit doel bereikt?
Dit doel is voor mij belangrijk, omdat:
Activiteit 3: Wat houdt me tegen en wat helpt?
Beantwoord de volgende vragen.
- Wat kan me tegenhouden? Bijvoorbeeld de kosten, regels van school of mijn ouders, een grote afstand of iets anders.
- Welke kan me helpen? Bijvoorbeeld nieuw zakgeld, ouders of school kan juist helpen of iets anders.
- Wie kunnen mij helpen? Denk aan je ouders, docent, andere volwassene of grotere broer of zus.
Activiteit 4: Stappenplan
Maak een stappenplan voor de tijd die je nodig hebt (zie hieronder). Bijvoorbeeld een dag, een week of een aantal weken.
Tip: Gebruik de oefening ‘Bewust leren plannen‘ om een goed stappenplan te maken.
Activiteit 5: Let's do it!
Neem onderstaande tabel over op een vel papier en vul hem in.
Welke stap? | Datum waarop de stap | Behaald! |
Gefeliciteerd! Je hebt je doel bereikt!
Nog even terugkijken
Goed bezig! Je hebt een stappenplan gemaakt. Hoe ging het om je stappenplan uit te voeren? Beantwoord de volgende vragen.
- Heb je je doel echt bereikt?
- Wat ging echt super goed?
- Wat ging niet zo goed?
- Wat kun je veranderen zodat het de volgende keer beter lukt?
Tip: Alles wat je doet is vooruitgang. Heb je je doel (nog) niet gehaald maar het wel geprobeerd? Of heb je een deel van je doel bereikt? Dan mag je daar ook even bij stilstaan! De volgende keer lukt het helemaal!
Nog 1 tip
Tip: Wil je weten hoe je in beweging en in actie kunt komen? Doe de oefening: ‘Bewust tot actie overgaan‘.